Equity crowdfundingplatformen en adviseurs zien vaak een serieus risico over het hoofd bij hun structurering.
Bij equity crowdfunding nemen investeerders een aandelenbelang in een onderneming. Het crowdfundingplatform vervult hierbij een bemiddelende rol. De werkzaamheden van deze platformen gaan meestal verder dan het vervullen van een bemiddelende rol tussen de investeerder en de onderneming. Aandelen in een onderneming worden niet meer direct door de investeerders gehouden maar samengebracht in een entiteit waar de investeerders vervolgens weer in deelnemen. Dit kan in het belang zijn van zowel de investeerders als de onderneming. Een dergelijke structuur kan bijvoorbeeld fiscaal voordelig zijn voor de investeerders en zorgt voor een aanspreekpunt voor de ondernemer.
De entiteit die wordt gebruikt, bijvoorbeeld een stichting administratiekantoor (STAK) of coöperatie, wordt door de AFM echter snel gezien als een beleggingsinstelling omdat er sprake is van collectiviteit. Ik zie in de praktijk dat hier door veel partijen te gemakkelijk over wordt gedacht en dat er structuren worden gebruikt die op dit moment in strijd zijn met de Nederlandse toezichtwetgeving. Ik deel de opvatting van de AFM overigens niet.
Het aanbieden en beheren van een beleggingsinstelling is in beginsel vergunningplichtig. Nu zijn er mogelijkheden om uitgezonderd te zijn van deze vergunningplicht maar deze uitzonderingen passen vaak niet bij de aard van crowdfunding. Zo is het mogelijk om niet vergunningplichtig te zijn als aandelen worden aangeboden aan minder dan 150 personen of als de minimale investering EUR 100.000 per persoon is. Aandelen in de onderneming worden echter vaak aangeboden aan een zo groot mogelijk publiek, vaak particulieren beleggers, en de aandelen zijn te verkrijgen voor relatief kleine bedragen.
Een oplossing kan zijn om ervoor te zorgen dat de entiteit waarin het aandelenbelang wordt gebundeld niet kwalificeert als een beleggingsinstelling. Dit luistert zeer nauw en in veel gevallen is afstemming met de AFM absoluut aan te raden. De juridische vraag of een entiteit valt onder de definitie van beleggingsinstelling (die is opgenomen in artikel 4 van de AIFMD (de Alternative Investment Fund Managers Directive)). Een beleggingsinstelling is (i) een ‘instellingen voor collectieve belegging’ die (ii) bij ‘een reeks beleggers kapitaal ophaalt’ om dit (iii) ‘overeenkomstig een bepaald beleggingsbeleid’ te beleggen. Een uitwerking van de begrippen is te vinden in de ESMA richtsnoeren. In een volgend bericht zal ik ingaan op de uitleg van de elementen en het enigszins afwijkende standpunt van de AFM.